‘Ik ben de arts van het team. Alle medische vragen komen op mijn bord, en ik ben ook de schakel naar de technische kant: is een speelster wel of niet wedstrijdfit, wie gaat er aangepast trainen, wie kan er niet trainen? Daarnaast ben ik met de teamdiëtiste verantwoordelijk voor een goede voeding, let ik erop of de speelsters goed slapen, of we hen niet te veel belasten, of ze goed in hun vel zitten. Speelsters komen ook met privéproblemen naar me toe. Voor hen ben ik naast teamarts ook vertrouwenspersoon. Ik speel niet alleen doktertje.’
&ellipsis;‘Voor de speelsters ben ik teamarts en vertrouwenspersoon’
Maak een gratis account aan en krijg toegang tot alle artikelen
Heeft u al een account?